Recensie op het artikel Wat wil God van ds Van Aalst in de Saambinder van 15-10-2020
Op onze uitnodiging aan ds Van Aalst om hierover alleen vanuit Gods Woord te spreken wordt helaas niet ingegaan. Ook ds Van Aalst wil blijven bouwen op mensengeschriften om de zondag te kunnen blijven leren in plaats van te bouwen op Gods onveranderlijke Woord. Hij ontheiligt daarmee de Bijbel en spreekt God tegen.
Ds Van Aalst schrijft dat de rustdag de dag des Heeren is.
Hij verdraait daarmee het woord sabbatdag naar rustdag om de verwijzing naar de 7e dag te kunnen blijven ontwijken en de zondag vast te kunnen blijven houden.
Gods leert geen willekeurige rustdag maar Gods sabbat, de 7e dag:
Het 4e gebod:
Ex 20:8 Gedenkt den sabbatdag, dat gij dien heiligt.
Ex 20:9 Zes dagen zult gij arbeiden en al uw werk doen;
Ex 20:10 Maar de zevende dag is de sabbat des HEEREN uws Gods;
Met het woord rustdag i.p.v. sabbat wordt de verwijzing naar de 7e dag weggelaten. De sabbat is namelijk de 7e dag. Gods Woord wordt met het woord rustdag i.p.v. sabbat verdraaid! In combinatie met de onbijbelse leer van ds Van Aalst dat de sabbatdag gewoon rustdag en niet de zevende dag is wordt God tegen gesproken. De sabbat is de door God geheiligde zevende dag, dé heilige rustdag, niet zomaar een rustdag of zondag de eerste dag.
Ds Van Aalst leert met de catechismus over Gods sabbatsgebod dat dit gebod andere zaken leert, namelijk:
1 onderhouden van de kerkdienst en predikambt ( dit staat niet in de Bijbel)
2 onderhouden van de scholen (dit staat niet in de Bijbel)
3 samenkomst op sabbat (dit staat wel in de Bijbel)
4 uitvoering van de sacramenten (dit staat niet in de Bijbel)
5 collecteren (dit staat niet in de Bijbel)
6 heiliging van de eerste dag van de week in plaats van Gods sabbat de 7e dag (dit staat niet in de Bijbel)
Er staat niet dat de sabbat gegeven is om:
1 de kerkdienst en het predikambt te onderhouden,
2 de scholen te onderhouden,
…
4 sacramenten te bedienen. Heel het woord sacrament vind men zelfs niet in de Bijbel terug.
5 er staat niets in Gods sabbatsgebod over collecteren.
6 er staat niets in Gods Woord over een opgeheven sabbatsgebod en een ingesteld zondagsgebod
Met het leren van bovenstaande zaken doet ds Van Aalst af van Gods Woord en voegt hij ook toe aan Gods Woord wat God verbiedt:
Deuteronomium 4:2 Gij zult tot dit woord dat ik u gebied, niet toedoen, ook daarvan niet afdoen; opdat gij
bewaart de geboden van den HEERE uw God, die ik u gebied.
Psalm 19:8 De wet des HEEREN is volmaakt, bekerende de ziel; de getuigenis des HEEREN is gewis, den slechte
wijsheid gevende.
Romeinen 7:12 Alzo is dan de wet heilig, en het gebod is heilig en rechtvaardig en goed.
Openbaring 22:18
Want Ik betuig aan een iegelijk die de woorden der profetie dezes boeks hoort: Indien iemand tot deze dingen toedoet, God zal over hem toedoen de plagen die in dit boek geschreven zijn;
Met het leren van bovenstaande zaken door ds Van Aalst zou Gods Woord onvolledig zijn, dit gaat tegen Gods Woord in:
Markus 7:7 Doch tevergeefs eren zij Mij, lerende leringen, die geboden zijn der mensen;8 Want, nalatende het gebod Gods, houdt gij de inzettingen der mensen, als namelijk wassingen der kannen en drinkbekers; en andere dergelijke dingen doet gij vele. 9 En Hij zeide tot hen: Gij doet zeker Gods gebod wel te niet, opdat gij uw inzettingen zoudt onderhouden.
Met het toevoegen van deze zaken door ds Van Aalst maakt hij zichzelf leugenachtig. God leert ons namelijk in Zijn Woord:
Spreuken 30:6 Doe niet tot Zijn woorden, opdat Hij u niet bestraffe, en gij leugenachtig bevonden wordt.
Met het leren van bovenstaande zaken door ds Van Aalst wordt Jezus niet gehoorzaamd, wat ook tegen Gods Woord in gaat:
Matthéüs 7:21 Niet een iegelijk, die tot Mij zegt: Heere, Heere! zal ingaan in het Koninkrijk der hemelen, maar die
daar doet den wil Mijns Vaders, Die in de hemelen is.
Jezus leert:
Matthéüs 28:19 Gaat dan henen, onderwijst al de volken, dezelve dopende in de Naam des Vaders, en des Zoons,
en des Heiligen Geestes; lerende hen onderhouden alles, wat Ik u geboden heb.
Jezus heeft niet geleerd om de eerste dag van de week, de door de kerk ingestelde zondag, te gaan heiligen. Hij verscheen 5 keer op de eerste dag van de week na zijn opstanding. Deze dag was de dag van de eerstelingsgarve, het beweegoffer van de aanstaande oogst, waarvan Hij het levende Beweegoffer, de Eersteling, was dat exact op die dag verscheen voor Zijn Vader. Jezus leert nergens dat deze jaarlijkse gedenkdag een wekelijks geheiligde zondag moest worden in plaats van Gods sabbat. Jezus leert juist om de geboden te gehoorzamen zoals Hij dit gedaan heeft.
Johannes 15:10 Indien gij Mijn geboden bewaart, zo zult gij in Mijn liefde blijven; gelijkerwijs Ik de geboden Mijns Vaders bewaard heb, en blijf in Zijn liefde.
1 Johannes 2:6 Die zegt, dat hij in Hem blijft, die moet ook zelf alzo wandelen, gelijk Hij gewandeld heeft.
Waarom doet de kerk het dan toch anders dan dat God en Jezus ons leert? Omdat de kerk uit de catechismus leert i.p.v. uit Gods Woord.
1 Johannes 2:4 Die daar zegt: Ik ken Hem, en Zijn geboden niet bewaart, die is een leugenaar, en in dien is de
waarheid niet;
Samenroeping
Ds Van Aalst leert wel correct dat er een samenroeping is en dat God van ons vraag om samen te komen tot Zijn eer. Echter staat er niet in de Bijbel dat dit op de eerste dag van de week (zondag) is en er staat ook niet dat dit in de vorm van een kerkverband moet zijn. Toen God de sabbat, de 7e dag, heiligde (apart zette van de andere dagen) waren er twee mensen en geen kerkverband. In de woestijn was er de tabernakel maar daar konden niet 2 miljoen mensen tegelijk in. Tijdens de woestijnreis was ook geen sprake van (grote) kerken. De wekelijkse samenroepingen zijn dan ook van oorsprong kleinschalige samenkomsten in huiselijke kring op Gods sabbat, de 7e dag en niet op een kerkelijke zondagsrustdag.
Collecteren
In het Nieuwe Testament schrijf Paulus dat men op de 1e dag van de week geld apart moet leggen. Dit wordt op de eerste dag van de week gedaan omdat men op Gods geheiligde sabbat, de 7e dag, volgens God, niet met wereldse zaken waaronder geld, bezig hoort te zijn.
Dag des Heeren
Ds Van Aast leert dat de rustdag de dag des Heeren is. Als we de Bijbel onderzoeken op dag des Heeren dan blijkt de dag des Heeren een of dé oordeelsdag te zijn en zeker geen rustige dag of rustdag. Hieronder enkele teksten over wat de dag des Heeren is:
Jesaja 2:12 Want de dag des HEEREN der heirscharen zal zijn tegen allen hovaardige en hoge, en tegen allen verhevene,
opdat hij vernederd worde;
Jesaja 13:6 Huilt gijlieden, want de dag des HEEREN is nabij; hij komt als een verwoesting van den Almachtige.
Jesaja 13:9 Zie, de dag des HEEREN komt, gruwelijk, met verbolgenheid en hittigen toorn, om het land te stellen tot
verwoesting, en deszelfs zondaars daaruit te verdelgen.
Jesaja 34:8 Want het zal zijn de dag der wrake des HEEREN, een jaar der vergeldingen, om Sions twistzaak.
Ezechiël 30:3 Want de dag is nabij, ja, de dag des HEEREN is nabij, een wolkige dag, het zal der heidenen tijd zijn.
Joël 1:15 Ach die dag! Want de dag des HEEREN is nabij en zal als een verwoesting komen van den Almachtige.
Joël 2:1 BLAAST de bazuin te Sion, en roept luide op den berg Mijner heiligheid; laat alle inwoners des lands beroerd zijn;
want de dag des HEEREN komt, want hij is nabij;
Joël 2:11 En de HEERE verheft Zijn stem voor Zijn heir heen; want Zijn leger is zeer groot, want Hij is machtig, doende Zijn
woord; want de dag des HEEREN is groot en zeer vreselijk, en wie zal hem verdragen?
Joël 2:31 De zon zal veranderd worden in duisternis, en de maan in bloed, eer dat die grote en vreselijke dag des
HEEREN komt.
Joël 3:14 Menigten, menigten in het dal des dorswagens; want de dag des HEEREN is nabij, in het dal des dorswagens.
Amos 5:18 Wee dien die des HEEREN dag begeren! Waartoe toch zal ulieden de dag des HEEREN zijn? Hij zal duisternis
wezen en geen licht.
Amos 5:20 Zal dan niet des HEEREN dag duisternis zijn en geen licht? En donkerheid, zodat er geen glans aan zij?
Obadja 1:15 Want de dag des HEEREN is nabij over al de heidenen; gelijk als gij gedaan hebt, zal u gedaan worden; uw
vergelding zal op uw hoofd wederkeren.
Zefánja 1:7 Zwijg voor het aangezicht des Heeren HEEREN; want de dag des HEEREN is nabij, want de HEERE heeft een
slachtoffer bereid, Hij heeft Zijn genoden geheiligd.
Zefánja 1:14 De grote dag des HEEREN is nabij, hij is nabij en zeer haastende; de stem van den dag des HEEREN; de held
zal aldaar bitterlijk schreeuwen.
Zefánja 2:2 Eer het besluit bare ( gelijk kaf gaat de dag voorbij), terwijl de hittigheid van des HEEREN toorn over ulieden nog
niet komt; terwijl de dag van den toorn des HEEREN over ulieden nog niet komt.
Maleáchi 4:5 Zie, Ik zend ulieden den profeet Elía, eer dat die grote en die vreselijke dag des HEEREN komen zal.
Handelingen 2:20 De zon zal veranderd worden in duisternis, en de maan in bloed, eer dat de grote en doorluchtige dag des
Heeren komt.
2 Thessalonicensen 2:2 Dat gij niet haastelijk bewogen wordt van verstand, of verschrikt, noch door geest, noch
door woord, noch door zendbrief, als van ons geschreven, alsof de dag van Christus aanstaande ware.
1 Thessalonicensen 5:2 Want gij weet zelven zeer wel, dat de dag des Heeren alzo zal komen gelijk een dief in den nacht.
2 Petrus 3:10 Maar de dag des Heeren zal komen als een dief in den nacht, in welken de hemelen met een gedruis zullen
voorbijgaan, en de elementen branden zullen en vergaan, en de aarde en de werken die daarin zijn, zullen
verbranden.
Openbaring 1:10 En ik was in den geest op den dag des Heeren, en ik hoorde achter mij een grote stem, als van een bazuin,
Johannes wist uit de boeken van Mozes en de profeten wat de dag des Heeren inhield: de / een oordeelsdag.
Hij leert niets anders over de dag des Heeren dan wat hij geleerd was uit Gods Woord. Hij leert net als Petrus
niets anders dan de profeten!:
2 Petrus 1:19 En wij hebben het profetische Woord, dat zeer vast is, en gij doet wel dat gij daarop acht hebt,
Johannes zag in de geest de / een oordeelsdag zoals ook blijkt uit het vervolg van Openbaringen.
Ds Van Aalst leert:
– tegen Gods Woord in dat de rustdag de dag des Heeren is (volgens de Bijbel een oordeelsdag).
– niet wat God leert om Zijn sabbat, de 7e dag, te vieren.
De titel van het artikel van ds Van Aalst is: Wat wil God…?
Helaas leert van ds Aalst NIET wat God (o.a.) wil: Zijn heilige sabbat, de 7e dag, te vieren maar hij vermijdt de verwijzing naar de 7e dag (de sabbat) om de zondag vast te kunnen blijven houden. Daarnaast leert hij zaken die niet in Gods Woord staan over wat het 4e gebod leert maar die alleen in het leerstuk van de kerk (zondag 38) staan.
Onderzoek zelf in de Bron, Gods onveranderlijk en heilig Woord!